In het kader van een echtscheidingsprocedure wordt een taxatierapport opgemaakt voor beide ex-partners. Klager kan zich daar niet in vinden en stelt dat sprake is geweest van inmenging door de taxateur, met als doel zijn ex-vrouw in staat te stellen de woning voor een lage prijs te kunnen kopen. Ook maakt hij bezwaar tegen de wijziging van het doel van de taxatie in financiering.

De taxateur ontkent stellig dat hiervan sprake is geweest. Er is een taxatierapport opgesteld volgens de regels, maar na het uitbrengen van het rapport werd de taxateur en diens kantoor bestookt met telefoontjes en mails van klager. De taxateur heeft de advocaat dringend verzocht om ervoor te zorgen dat klager hiermee stopt.

Het tuchtcollege doet de zaak schriftelijk – zonder hoorzitting – af.

Het tuchtcollege overweegt dat de klacht is gebaseerd op twijfels en vermoedens, zonder nadere onderbouwing. Het is niet gebleken en klager heeft ook niet aannemelijk gemaakt dat er enige onregelmatigheid heeft plaatsgevonden bij het verrichten van de taxatiewerkzaamheden. Uit het dossier blijkt dat de communicatie tussen klager en de taxateur niet soepel is verlopen. Dat de taxateur hiervan een overwegend verwijt kan worden gemaakt, is het tuchtcollege niet gebleken.

Het tuchtcollege stelt vast dat in het taxatierapport opgenomen is: “Bepalen van de prijs bij verkoop(beslissing)”. Kennelijk heeft de taxateur het bezwaar van klager gehonoreerd voorafgaande aan het opstellen van het taxatierapport. Het tuchtcollege heeft de taak het (definitieve) taxatierapport te beoordelen. Dit klachtonderdeel behoeft dan ook geen beoordeling meer door het tuchtcollege.

De klacht wordt ongegrond verklaard.