Toelichting Objectiviteit & Onafhankelijkheid

Download dit document

Uitwerking van de vragen

De vragen uit het stroomschema geven een helder beeld van de afwegingen die u moet maken om te komen tot een antwoord op de basale vraag “ben ik vrij en in staat om deze opdracht uit te voeren?”. Een belangrijke stelregel die behoort bij deze vraag is: “Bij twijfel niet taxeren”. Het gaat er daarbij niet alleen om of u degene bent die al dan niet twijfelt maar vooral ook of de ontvangers van uw rapport, dan wel derden die op uw rapport mogen vertrouwen, zouden kunnen twijfelen. Ook kunt u overwegen extra deskundigheid in te huren of een meer ter zake kundig collega als mede taxateur te vragen.

Het gaat zowel om objectiviteit en onafhankelijkheid. Objectiviteit is een op zichzelf staand persoonsgebonden begrip. De taxateur is objectief of is dat niet. Onafhankelijkheid daarentegen ziet ook op alle feiten en omstandigheden. Bij onafhankelijkheid gaat het om zowel wezen als schijn. De schijn tegen hebben is in veel gevallen al voldoende om het maatschappelijke vertrouwen in uw deskundige oordeel te ondermijnen.

Dit wil niet zeggen dat als deze vraag niet direct met een volmondig ja kan worden beantwoord, u niet meer mag of kunt taxeren. Als op enig punt twijfel zou kunnen ontstaan, maar u kunt deze twijfel wegnemen, is de weg naar de taxatie in vele gevallen wel begaanbaar. Leg uw overwegingen goed vast in uw dossier. Houd er hierbij wel rekening mee dat bepaalde criteria bij de ene soort taxatie dan wel opdrachtgever stringentere condities kennen dan bij een andere. Dit zal ook bij de voorbeelden in het volgende hoofdstuk naar voren komen. Een mogelijke bedreiging kan dus zowel leiden tot een nadere toelichting als tot het staken en/of weigeren van de opdracht.

Deskundigheid

Het aspect deskundigheid dan wel vakbekwaamheid wordt hier niet nader uitgewerkt1. Twijfelt u op enig moment aan uw deskundigheid ten aanzien van een specifieke opdracht, dan kunt u er voor kiezen om of de opdracht te weigeren dan wel ondersteuning in te schakelen. Overleg dit altijd vooraf met de opdrachtgever. Door het nemen van de juiste maatregelen kunt u mogelijk een eventueel gebrek aan kennis of ervaring oplossen. Het is aan u als Register-Taxateur om uiteindelijk vast te stellen of dit afdoende is om de markt de zekerheid en het vertrouwen te kunnen bieden wat men van u mag verwachten.

Objectiviteit

Bij elke taxatie wordt u beïnvloed door alle informatie die u ter kennis komt. Dit is op zich geen punt maar het wordt wel een probleem als deze kennis u hindert om objectief te blijven. Ook als u onder druk wordt gezet door een belanghebbende wordt een wezenlijke grens overschreden. De belangen waar u voor taxeert zijn altijd (relatief en/of absoluut) groot. Daarom zullen betrokkenen u vaak voorzien van informatie die past bij hun belang. Zolang u hier niet door wordt gehinderd, kunt u verder met uw taxatie. Uiteindelijk zult u tot een eigenstandig waarde oordeel moeten komen. Als de druk toch te hoog wordt, of wanneer er dusdanig harde eisen worden gesteld dat uw objectiviteit in het geding komt, is het aan u om de opdracht verder te weigeren of terug te geven.

Onafhankelijkheid

Het aspect onafhankelijkheid valt uiteen in een tweetal deelgebieden: is er sprake van eerdere betrokkenheid en/of zijn er eventuele belangen die uw werk zouden kunnen hinderen. In de volgende paragrafen worden deze aspecten nader uitgewerkt. Een eventuele eerdere betrokkenheid betekent niet automatisch dat u niet mag taxeren. Wel zult u moeten kunnen uitleggen waarom deze eerdere betrokkenheid uw oordeel niet beïnvloedt. En soms zult u de opdracht moeten weigeren of terug geven.

Hetzelfde geldt voor eventuele belangen die kunnen spelen. Zijn deze dusdanig dat zij van invloed op uw oordeel (kunnen) zijn dan gaat u niet verder. Zeker bij dit aspect is de schijn vaak nog belangrijker dan het wezen. Het gaat daarbij niet alleen om het perspectief vanuit u als Register-Taxateur maar ook dat van de organisatie waar u aan verbonden bent.

1 Zie hiervoor het Reglement Gedrags- en Beroepsregels art. 9 en de toelichting daarop, en de Praktijkhandreikingen Wonen, BV en LAV onder 1.